Algemeen
We sluiten het jaar 2020 af met een positief financieel resultaat voor mutaties in de reserves van €19,8 miljoen. Gedurende het jaar zijn overeenkomstig de genomen raadsbesluiten mutaties gedaan in de reserves. Per saldo is er in 2020 al €1,1 miljoen toegevoegd aan de algemene reserve. Daarnaast is er per saldo €1,8 miljoen toegevoegd aan diverse bestemmingsreserves voor door de raad bestemde uitgaven die in toekomstige jaren nog volgen. Door deze mutaties die al in het jaar gedaan zijn, komt het positieve financieel resultaat na mutaties in de reserves in 2020 uit op €16,9 miljoen.
Bij dit financieel resultaat is een aantal kanttekeningen te plaatsen. Als gevolg van de corona maatregelen, heeft de gemeente compensatie ontvangen via voornamelijk het gemeentefonds en de TOZO uitkering. Er is geen sprake van een terugbetalingsverplichting voor deze gelden waardoor deze, overeenkomstig de verslaggevingsrichtlijnen, ten gunste van het resultaat zijn gekomen. Een deel van deze gelden is echter door het Rijk aan ons toegekend omdat wij ook in de toekomst extra kosten gaan maken voor deze aangewezen onderwerpen. Voorbeelden hiervan zijn uitvoeringskosten voor TOZO, culturele voorzieningen en re-integratie. Voorgesteld wordt om deze gelden van in totaal € 3,9 mln te reserveren in de bestemmingsreserve taakmutaties. Ten aanzien van het resterende financiële resultaat ad. €13,0 wordt voorgesteld dit toe te voegen aan de algemene reserve.
In het jaarverslag is per programma uiteengezet waardoor de belangrijkste afwijkingen tussen realisatie en begroting worden veroorzaakt. Hieruit blijkt dat het veelal gaat om incidentele afwijkingen, waaronder een incidenteel voordeel op de gebundelde uitkering (BUIG) en de winstneming in de grondexploitatie (waaronder op de complexen Zuidelijke binnenstad, Schuytgraaf en Leidenweg). Het incidentele karakter van dit positieve resultaat leidt er toe dat deze effecten niet structureel meegenomen kunnen worden naar de toekomst.
De weerstandsfactor komt uit op 1,0. De ratio komt overeen met de weerstandsfactor van 1,0 zoals in de begroting is opgenomen. De weerstandsfactor drukt uit in welke mate de gemeente in staat is om de gevolgen van risico's op te vangen, zonder dat het beleid of de uitvoering daarvan in gevaar komt. Deze weerstandsfactor is lager dan voorgaand jaar omdat corona extra risico's met zich heeft meegebracht. Dit wordt nader toegelicht in de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing. De gerealiseerde solvabiliteit is met 19% ten opzichte van de begrote solvabiliteit van 15% beter dan verwacht.
Coronakosten in de jaarrekening
Gedurende het jaar is de impactanalyse corona opgesteld en periodiek geactualiseerd. In deze impactanalyse zijn de nadelen in de exploitatie ingeschat die het gevolg zijn van de coronamaatregelen. In de laatste versie van de impactanalyse d.d. 1 maart 2021 is een nadeel gemeld van € 14,6 miljoen. Hiervan is €8,8 miljoen bij Turap 2 al in de begroting verwerkt. In de jaarrekening wordt, naast het reeds in de begroting verwerkte nadeel bij Turap 2, een nadeel gemeld van €3,4 miljoen. Het verschil tussen de gemelde afwijkingen in de impactanalyse d.d. 1 maart 2021 en de werkelijke afwijking in Turap 2 en de jaarrekening wordt voornamelijk veroorzaakt doordat voor een aantal onderwerpen een hogere compensatie (dekking in 2020) is ontvangen. Een voorbeeld hiervan is bovengenoemde ontvangst voor de TOZO uitkering, waarvoor de gemeente in de toekomst nog kosten moet maken. Daarnaast is door de corona-maatregelen een aantal activiteiten niet uitgevoerd, waardoor een voordeel ontstaat binnen het programma dat een deel van de corona-nadelen heeft kunnen dekken.
Schematisch ziet dit er als volgt uit:
Omschrijving | Bedrag |
---|---|
Financieel nadeel in impactanalyse d.d. 1 maart 2021 | €14,6 miljoen |
Reeds in begroting verwerkt bij turap 2 | € 8,8 miljoen |
Verschil (verwacht nadeel bij jaarrekening) | € 5,8 miljoen |
Gerealiseerd nadeel in de jaarrekening a.g.v. corona | €3,4 miljoen |
Voordelen en dekking uit andere middelen | € 2,4 miljoen |
In de jaarrekening zijn afwijkingen als corona-afwijking benoemd wanneer deze volledig aan corona toe te wijzen zijn. Soms is dit echter niet goed mogelijk. Het komt ook voor dat slechts een deel van de afwijking een relatie heeft met corona. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn wanneer een prijsvoordeel is behaald (door bijvoorbeeld een nieuwe aanbesteding) maar er ook minder uitgaven zijn geweest als gevolg van corona. Wanneer dit het geval is, is dit in de toelichting van de afwijking uiteengezet.