Jaarstukken 2020 Geamendeerd
portal

Home

Jaarrekening

Waarderingsgrondslagen

BBV
Voor gemeenten is de regelgeving voor de jaarlijkse begrotings- en verantwoordingsstukken vastgelegd in het
Besluit begroting en verantwoording (BBV).

Overzicht van baten en lasten in de jaarrekening
De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Baten en winsten worden
slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico’s die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden.

Dividendopbrengsten van deelnemingen worden als bate genomen op het moment waarop het dividend
betaalbaar gesteld wordt.

Personeelslasten worden in principe toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Als gevolg van het formele verbod op het opnemen van voorzieningen of schulden uit hoofde van jaarlijks terugkerende arbeidskostengerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume, worden sommige personele lasten echter toegerekend aan de periode waarin uitbetaling plaatsvindt. Daarbij moet worden gedacht aan componenten zoals ziektekostenpremie ten behoeve van gepensioneerden, overlopende verlofaanspraken en dergelijke. Voor arbeidskostengerelateerde verplichtingen van een jaarlijks vergelijkbaar volume wordt geen voorziening
getroffen of op andere wijze een verplichting opgenomen. De referentieperiode is dezelfde als die van de
meerjarenprogrammabegroting, te weten vier jaar. Indien er sprake is van (eenmalige) schokeffecten
(bijvoorbeeld reorganisaties) wordt wel een verplichting opgenomen.

Met betrekking tot de eigen bijdragen die het CAK int en aan de gemeenten afdraagt geldt op basis van de
Kadernota rechtmatigheid van de commissie BBV het volgende: Gemeenten kunnen op basis van de overzichten van het CAK wel de aantallen personen, soort en omvang van de zorgverlening beoordelen met de eigen WMOadministratie. Probleempunt is dat door het ontbreken van inkomensgegevens op deze overzichten de informatie over de eigen bijdrage ontoereikend is om als gemeente de juistheid op persoonsniveau en volledigheid van de eigen bijdragen als geheel te kunnen vaststellen. Door de systematiek te kiezen van het vaststellen van de eigen bijdragen door het CAK, heeft de wetgever in feite bepaald, dat de verantwoordelijkheid voor de juistheid en volledigheid van de eigen bijdragen geen gemeentelijke verantwoordelijkheid is. Dat betekent dat door de gemeenten geen zekerheden over omvang en hoogte van de eigen bijdragen kunnen worden verkregen als gevolg van het niet kunnen vaststellen van de juistheid op persoonsniveau, zoals hiervoor is toegelicht.

Het rijk heeft voor gemeenten een pakket aan financiële maatregelen getroffen ter (gedeeltelijke) dekking van de coronakosten/-effecten die gemeenten ondervinden. In de decembercirculaire 2020 is een totaaloverzicht van het "compensatiepakket coronacrisis medeoverheden" opgenomen. Voor enkele maatregelen is alleen het landelijk plafond vermeld, en is de concrete verdeelsleutel nog niet bekend en/of is de verdeling afhankelijk van de werkelijke cijfers over 2020. Het betreft de volgende landelijke maatregelen/onderdelen en bedragen: compensatie inkomstenderving na 1 juni (€100 mln.), extra beschikbaar voor inkomstenderving (€150 mln.), afvalinzameling (€32 miln.), zwembaden en ijsbanen (€100 mln.) en verlenging steun sportverenigingen (1 okt t/m 31 dec) (60 mln.). Het ontbreken van een exacte verdeling/verdeelsleutel van de compensatie per gemeente betekent dat wij voor onze gemeente geen voldoende nauwkeurige en betrouwbare schatting/berekening kunnen maken van het bedrag waarop onze gemeente over 2020 aanspraak kan maken. In overeenstemming met de uitspraak van de commissie BBV verwerken wij het financiële effect van deze onderdelen/maatregelen uit het aanvullende compensatiepakket in de jaarrekening 2021.

Balans

Algemeen
De waardering van de activa en passiva vindt plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij de desbetreffende balanspost anders is vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarden.

Immateriële vaste activa
De bijdragen aan activa in eigendom van derden worden vanaf het moment van ingebruikneming lineair
afgeschreven op basis van de afschrijvingstermijnen van de materiële vaste activa.

Materiële vaste activa
De waardering is tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Specifieke investeringsbijdragen van derden worden op de desbetreffende investering in mindering gebracht voor zover die de voorlopige kosten van de investering niet overstijgen.

Investeringen kunnen bestaan uit meerdere delen (componenten), waarvoor verschillende afschrijvingstermijnen gelden. In dat geval wordt de zogenoemde componentenmethode gebruikt. Deze houdt in dat verschillende samenstellende delen van het bewuste materieel vast actief afzonderlijk worden geactiveerd en de verschillende delen worden afgeschreven op basis van de bij die componenten horende afschrijvingstermijn.

Slijtende investeringen worden vanaf het eerste boekjaar na het moment van ingebruikneming lineair
afgeschreven op basis van de verwachte gebruiksduur. Op grondbezit met economisch nut wordt niet
afgeschreven.

Bij de waardering wordt in voorkomende gevallen rekening gehouden met een vermindering van de waarde,
indien deze naar verwachting duurzaam is.

De gehanteerde afschrijvingstermijnen in jaren zijn hieronder opgenomen.

Activasoort

Afschrijvingstermijn
in jaren

Gronden en terreinen

Grond

0

Bedrijfsgebouwen en woonruimten

Parkeergarages

50

Permanente gebouwen & Verbouwingen, renovaties en restauraties

40

Semi – permanente gebouwen

20

Installaties, leidingen en voorzieningen

20

Dak en/of dakbedekking

15

Grond-, weg- en waterbouwkundige werken

Bruggen en viaducten (verkeerstechnische kunstwerken)

75

Verkeersinfrastructuur

30

Verkeersvoorzieningen & Verkeersregelingen

20

Parkeermaatregelen

10

Openbare verlichting: kabels

25

Openbare verlichting: masten & LED-armaturen

15

Openbare verlichting: LED-behuizingen

10

Bouwkundige voorzieningen

20

Kunstgrasvelden – onderlaag

20

Kunstgrasvelden – bovenlaag

10

Sport grasvelden

15

Herinrichting wijken (niet meer in gebruik vanaf 01.01.2011)

20

Lage Kade

60

Rioleringen

40

Beschoeiingen & Voorzieningen in bossen en parken / hekwerk

10

Vervoermiddelen

Tractoren - landbouwvoertuigen

10

Vrachtauto’s

5

Fietsen en scooters

5

Personenauto’s

5

Machines, apparaten en installaties

Telecommunicatie voorzieningen & Glasvezelbekabeling

10

Parkeerapparatuur

10

Datacommunicatie voorzieningen & Hard- en software

5

Machines en installaties (niet vast aan/in gebouwen)

10

Gereedschappen

5

Overige materiële vaste activa

Ondergronds afvaltransportsysteem

30

(ondergrondse) Afvalcontainers

10

Inrichting van gebouwen en inventaris

15

Speelvoorziening

10

Invalidentoiletten

10

Onder de materiële vaste activa zijn onderhanden activa (activa in uitvoering) opgenomen. Het betreft
vooruitbetaalde termijnen en gemaakte kosten (inkopen en personeelskosten) op investeringen in kapitaalwerken die nog niet zijn opgeleverd. Na gereedmelding worden deze activa ondergebracht in één van de bovengenoemde rubrieken.

Voor de waarde van de in erfpacht uitgegeven gronden geldt de uitgifteprijs van eerste uitgifte als
verkrijgingsprijs. Gronden in eeuwigdurende erfpacht worden gewaardeerd tegen registratiewaarde.

Financiële vaste activa
De post financiële vaste activa omvat voornamelijk deelnemingen in een aantal vennootschappen, langlopende leningen u/g en nog te ontvangen erfpacht canon.
Het aandelenbezit is gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs of lagere marktwaarde. De leningen zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. Zonodig is een voorziening voor verwachte oninbaarheid in mindering gebracht. De jaarlijks ontvangen canon bij eeuwigdurend in erfpacht uitgegeven gronden zijn opgenomen tegen contante waarde. Het uitgangspunt daarbij is de interne rekenrente bij uitgifte, die gedurende de duur van de overeenkomst ongewijzigd blijft.

Voorraden
De als onderhanden werken opgenomen grondexploitatieprojecten en overige onderhanden werken zijn
gewaardeerd tegen de vervaardigingsprijs, dan wel de lagere marktwaarde. De vervaardigingsprijs omvat de
kosten die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend overeenkomstig de kostensoortenlijst van het Besluit ruimtelijke ordening (zoals grondaankopen en kosten bouw- en woonrijp maken). Daarnaast omvat de vervaardigingsprijs de daadwerkelijk te betalen rente over het vreemd vermogen.

Voor winsten uit de grondexploitatieprojecten en overige onderhanden werken geldt vanuit de BBV notitie
grondexploitatie de percentage of completion methode: voor zover gronden zijn verkocht en opbrengsten zijn
gerealiseerd kan tussentijds naar rato van de voortgang van de grondexploitatie winst worden genomen. Hiervoor moet het resultaat op de grondexploitatie wel op betrouwbare wijze kunnen worden ingeschat. Indien aan de volgende voorwaarden is voldaan, bestaat er voldoende zekerheid om winst te kunnen nemen:

  1. Het resultaat op de grondexploitatie kan betrouwbaar worden ingeschat.
  2. De grond (of het deelperceel) moet zijn verkocht.
  3. De kosten zijn gerealiseerd (winst wordt naar rato van de realisatie gerealiseerd).

Zolang daarvan geen sprake is, worden de verkregen verkoopopbrengsten ten volle op de vervaardigingskosten in mindering gebracht. Indien uit de prognoses blijkt, dat de boekwaarde niet kan worden gecompenseerd met verwachte toekomstige opbrengsten, wordt voor het tekort een voorziening getroffen.

De vooruitontvangen bijdragen voor het onderhanden werk worden in mindering gebracht op de
vervaardigingskosten.

Gereed product wordt gewaardeerd tegen de kostprijs of tegen de marktwaarde indien de marktwaarde lager is dan de kostprijs. Dat laatste doet zich met name voor indien voorraden incourant worden. De kostprijs bestaat uit de verkrijgingsprijs van grond- en hulpstoffen en de loon- en machinekosten die aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend.

De overige grond- en hulpstoffen worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs.

Ten aanzien van de waardering van de grondexploitatie bestaat een schattingsonzekerheid. Hoewel de op dit
moment meest waarschijnlijke inschatting is opgenomen in de jaarrekening, kan de realisatie in de toekomst
afwijken van deze schatting. Deze schattingsonzekerheid ontstaat door de omvang en de lange looptijd van met name project Schuytgraaf.

Uitzettingen en overlopende activa
De vorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht.

Liquide middelen
Deze activa worden tegen nominale waarde opgenomen.

Eigen vermogen
Het eigen vermogen bestaat uit de algemene reserve en de bestemmingsreserves. De algemene reserve is vrij besteedbaar. Bestemmingsreserves zijn reserves die de gemeenteraad voor specifieke doelen heeft ingesteld of die dienen om schommelingen op te vangen in aan derden in rekening te brengen tarieven.

Voorzieningen
Voorzieningen worden gewaardeerd op het nominale bedrag van de betrokken verplichting c.q. het voorzienbare verlies. De voorzieningen voor pensioenen wethouders zijn op contante waarde gewaardeerd.

Schulden met een rentetypische looptijd langer dan één jaar
Van de langlopende schulden is de oorspronkelijke looptijd een jaar of langer. Deze schulden zijn gewaardeerd tegen nominale waarde.

De vooruitontvangen afkoopsommen bij tijdelijk in erfpacht uitgegeven gronden vallen vrij ten gunste van het
resultaat naar gelang de looptijd van het erfpachtcontract.

Netto-vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan één jaar
Van de netto-vlottende schulden is de oorspronkelijke looptijd een jaar of korter. Deze schulden zijn gewaardeerd tegen nominale waarde.

Overlopende passiva
De onder de noemer overlopende passiva gepresenteerde schulden en vooruitontvangen bedragen hebben
betrekking op een resterende looptijd van minder dan een jaar en zijn gewaardeerd tegen nominale waarde.
De ontvangen bijdragen die de voorlopige kosten van investeringen en faciliterende grondexploitatieplannen
overstijgen, worden gepresenteerd als overige vooruitontvangen bedragen (die ten bate van volgende begrotingsjaren komen).
Daarnaast worden de van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen (voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren) uitgesplitst naar de ontvangen bedragen van: Europese overheidslichamen, Het Rijk & Overige Nederlandse overheidslichamen.

Overig

Overzicht van de gerealiseerde baten en lasten per taakveld
In de bijlage bij de jaarrekening is het overzicht van de gerealiseerde baten en lasten per taakveld opgenomen. Hierbij wordt de indeling en het verdelingsprincipe gehanteerd conform de begroting. De vergelijkende cijfers van de begroting zijn, waar nodig, qua rubricering voor vergelijkingsdoeleinden tussen de taken aangepast.

Bedragen
Alle bedragen in de jaarrekening zijn X € 1.000, tenzij anders aangegeven.

Deze pagina is gebouwd op 07/08/2021 14:51:56 met de export van 07/08/2021 13:52:17